Ruimte

Het economisch nut van glasvezel is op veel manieren te benaderen. Voor de gemeente is vaak de economische bedrijvigheid en het vestigingsklimaat van groot belang. Burgers en bedrijven vestigen zich eerder in gebieden met een goede infrastructuur. Daar hoort voor velen van hen de beschikbaarheid van glasvezel bij. Voor een gemeente kan dit bijvoorbeeld betekenen dat bedrijfskavels wél verkocht worden. Of dat mensen wél blijven wonen en werken in de gemeente.

Elke gemeente is anders, als het gaat om belangrijke beleidsterreinen en doelstellingen, maar ook niet beïnvloedbare zaken als de geografische lay-out. Voor wat betreft glasvezel zou het handig zijn als er alleen stedelijk gebied bestond (zogenaamde zwarte gebieden). Immers, door de aanwezigheid van veel woningen op relatief weinig m2’s is het daar per woning het meest rendabel voor commerciële marktpartijen om glasvezel aan te leggen. En dat geldt niet alleen voor de woningen, ook de bedrijven in de kernen zijn hiermee geholpen. Een Albert Heijn filiaal dat de klanten WIFI aanbiedt, heeft een glasvezelverbinding nodig om aan de benodigde bandbreedte te kunnen voldoen.

Maar elke gemeente heeft ook witte en grijze gebieden: gebieden waar het aantal mogelijke aansluitingen dusdanig laag ligt dat het vanuit een commercieel oogpunt niet interessant lijkt om glasvezel aan te bieden. Daardoor strandt de keuze voor aanleg soms al in de initiatiefase. Maar ligt het commercieel belang in lijn met wat goed is voor de gemeente, burgers en bedrijven? Hoe beïnvloeden de keuzes van vandaag de mogelijkheden voor de toekomst? Is er een alternatief? Wie heeft daar al eens eerder over nadacht? Welke succesvolle voorbeelden kennen we uit de praktijk? Juist het afwegen van belangen, voordelen en risico’s en het vinden van een goede balans is een uitdaging.

Er bestaan grote verschillen tussen verglazing voor bedrijven, instellingen en woningen. Huishoudens hebben een relatief uniforme basisbehoefte. Het aantal aansluitingen in een wijk of de kern is relatief groot. Dit maakt de overweging van een glasvezelnetwerk voor deze groep inwoners eenvoudig. Minder uniform en daarmee lastiger in te vullen is de behoefte van bedrijven en instellingen. En als dan slechts één marktpartij een snelle breedbandvoorziening aanbiedt, worden de mogelijke afnemers geconfronteerd met een gebrek aan ‘serieuze’ concurrentie en marktwerking.

Het buitengebied kent een eigen problematiek. Huishoudens in minder dicht bevolkte gebieden hebben een vergelijkbare behoefte als de inwoners in de kern, maar worden met dezelfde problemen geconfronteerd als bedrijventerreinen. In deze gebieden is keuze meestal een luxe en is beschikbaarheid van een breedbandaansluiting meestal een knelpunt. In sommige gevallen is het mogelijk om aan te sluiten op een ‘toevallig’ aanwezig netwerk, zoals van een nabij gelegen bedrijventerrein. Nieuwe technieken en methoden, zoals de opwaardering van het ‘oude’ kopernetwerk, glasvezel in riolering, inborstelen i.p.v. ingraven of zelfwerkzaamheid bijvoorbeeld bij het graven worden momenteel uitgebreid getest. Daarnaast zijn de mogelijkheden van mobiel breedband (het zogenaamde vierde generatie netwerk of ‘4G’) interessant (zie ook 'Meer informatie / begrippen').

Meerdere gemeenten hebben aangetoond dat breedband uitkomst biedt aan de gebruikers, met als resultaat een positieve uitstraling op de gemeente. Als de keuze (nu nog) negatief uitvalt dan komt dat meestal door de kosten die een gemeente op zich af ziet komen. En begrijpelijk, het is geen kleine investering waar we over praten. Kost een aansluiting in het stedelijk gebied gemiddeld rond 1.000,-, voor het buitengebied is dit al gauw 3.000,-. Bedragen die ook nog eens gelden bij aanleg na vraagbundeling, want als na de eerste aanleg de grond weer open moet, kunnen deze kosten zelfs oplopen tot 5.000,- per aansluiting. En de vraag is natuurlijk: wie betaalt de aanlegkosten? (Zie ook 'Bestuur en organisatie / aanlegscenario's')

Bij vraagbundeling in de kernen wordt door commerciële partijen als regel 30% deelname als ondergrens wordt gehanteerd. Wordt dit behaald, dan zijn er commerciële marktpartijen die de aanleg in de kern kunnen verzorgen. Dit lijkt een mooie oplossing, ware het niet dat bij het ‘weggeven’ van het zwarte gebied het moeilijker wordt om op een later tijdstip de grijze en zeker de witte gebieden te verglazen.

Bedrijventerreinen en het buitengebied van een gemeente zijn de meest voorkomende witte / grijze gebieden. Creativiteit in het vinden van oplossingen is hier geboden.

Grote bedrijven zorgen vaak zelf voor hun breedbandaansluiting. Meestal wordt dit ingekocht bij grote telecomaanbieders. Inmiddels is de toegang tot het groot-zakelijk aanbod van KPN gereguleerd door de Autoriteit Consument en Markt (ACM) Dit biedt mogelijk perspectieven om meer (nabij gelegen) bedrijven gebruik te laten maken van de mogelijkheden.

Als een bedrijventerrein al verglaasd is, kan ook het MKB hiervan profiteren. De kosten van een zogenaamde last mile aansluiting zijn beduidend lager dan als er over meerdere kilometers moet worden gegraven. En aangezien een groot percentage van onze economie ‘draait op’ het MKB, is het goed voor een gemeente om ook hier mee aan de slag te gaan (innovatief, vooruitstrevend, voorbeeldfunctie). Ook is deze groep geïnteresseerd in Het Nieuwe Werken waarbij het personeel altijd en overal bij de informatie kan die nodig is om te kunnen werken. Daarnaast hebben bedrijventerreinen behoefte aan een andere vorm van veiligheid dat kan worden geboden middels een goede camerabewaking-/toezichtfunctie. Gevolg: minder schade, meer veiligheid stimulans voor economische bedrijvigheid en daarmee lokale belastinginkomsten. (Zie ook 'Veiligheid')

En met een goede organisatie van het digitale gemeentelijke loket is ook menig bedrijf geholpen; een verminderde regeldruk is toch voor iedereen voordelig?

Grote winkelcentra buiten de stadsgrenzen / dorpskernen bieden vaak een soort van toerisme. Winkelend publiek komt voor een dagje uit en de kans is zeker aanwezig dat ook andere activiteiten binnen de gemeente worden ontplooid. Hierbij kan een voorziening als WiFi een uitstekende service zijn, waarmee het contact met het winkelend publiek kan worden versterkt.

Breedband maakt samenwerking op allerlei vlakken mogelijk, waardoor complementaire bedrijven elkaar sneller digitaal opzoeken. De daadwerkelijke vestigingsplaats lijkt weliswaar minder van belang maar een totaal plaatje van wat een gemeente biedt, bepaalt of een bedrijf zich vestigt of gevestigd blijft.

M.a.w. glasvezel in alle gemeentelijke ruimtes zorgt voor opwaardering van de gehele gemeente.



Top